Hond had coronademonstrant niet in been mogen bijten, taakstraf geëist tegen agent

DEN HAAG – Twee politieagenten hebben tijdens een coronademonstratie op 14 maart 2021 op het Malieveld in Den Haag buitensporig geweld gebruikt bij de aanhouding van een demonstrant. De hondenbegeleider liet een politiehond in het been van de man bijten, ondanks dat de demonstrant al op zijn buik lag en geen verzet meer bood. De officier van justitie heeft een taakstraf van twintig uur geëist tegen de hondenbegeleider. Een collega-agent wordt eveneens schuldig geacht, maar het Openbaar Ministerie (OM) stelt dat hij geen straf hoeft te krijgen.

Tijdens de verboden demonstratie tegen coronamaatregelen werden meer dan honderd aangiften gedaan van excessief politiegeweld. De demonstranten werden enige tijd gedoogd, maar na herhaalde oproepen om te vertrekken keerde een groep zich tegen de politie. Een van hen, een man die eerder met een startkabel zwaaide, werd door agenten geviseerd. Nadat de man de kabel had laten vallen, ontstond een worsteling waarbij de politiehond op de demonstrant stond en de begeleider de man met een wapenstok sloeg. Toen de demonstrant op zijn buik lag en zich niet verzette, gaf de hondenbegeleider alsnog het bevel ‘vast, vast’, waarna de hond de man in zijn been beet.

Volgens het OM ging de inzet van de politiehond in deze situatie te ver. “Een diensthond is na het vuurwapen het zwaarste geweldsmiddel. De begeleider had moeten beoordelen of het nog nodig was de hond in te zetten, maar handelde blind,” aldus de officier. De ME’er, die de man ook sloeg, handelde volgens het OM onterecht, maar reageerde vooral op het geweld van de hondenbegeleider en zou daarom geen straf hoeven te krijgen.

De rechtbank doet op 21 december uitspraak.