Douanier wordt ontslagen omdat hij hoge boetes niet kan verklaren maar eist zijn baan terug

ROTTERDAM – Een ontslagen douanier heeft recht op een vergoeding van 5000 euro, omdat zijn werkgever ‘ernstig verwijtbaar’ heeft gehandeld. Dit komt voort uit een rechtszaak waarin de man, die in opleiding was om containers in de Rotterdamse haven te controleren, zijn ontslag aanvocht. De douanier had te maken met een loonbeslag van het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) vanwege een stapel bekeuringen van in totaal 5638 euro voor snelheidsovertredingen en onverzekerd rijden.

De Douane schakelde het integriteitsbureau van de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (Fiod) in, dat vervolgens bezorgd was over de betrokkenheid van de douanier bij mogelijke zwarte handel in tweedehands auto’s en over zijn betrouwbaarheid. Daarnaast bleek hij ingeschreven te staan op een adres waar vermoedelijk hennep werd geteeld.

Na een schorsing per 31 januari 2023 werd het contract van de douanier ontbonden wegens verwijtbaar handelen en een verstoorde arbeidsrelatie. Ondanks zijn verzoek om zijn baan terug te eisen, bleef het ontslag overeind in hoger beroep. Het hof oordeelde dat de man onduidelijk was geweest over zijn financiële situatie en woonplaats. Het feit dat hij zijn DigiD-code aan een derde had gegeven, vormde een niet te aanvaarden integriteitsrisico.

Hoewel zijn verzoek om een schadevergoeding van ruim 17.000 euro voor gederfd loon werd afgewezen, kreeg hij toch recht op 5000 euro bruto vanwege de wijze waarop zijn werkgever het onderzoek had uitgevoerd. De werkgever had namelijk niet voor een standaardprocedure gekozen, maar had de douanier zonder melding te maken aan hem door de Fiod laten doorlichten, wat een ernstige inbreuk op zijn privacy vormde. Het hof oordeelde dat, hoewel dit bewijs niet op rechtmatige wijze was verkregen, het maatschappelijke belang van het onthullen van de waarheid zwaarder woog, gezien de cruciale functie van de douanier bij de Douane.